Binnen 5 jaar is het zover: Welkom in Jing-Jin-Ji, een nieuwe Chinese superstad met Peking als kloppend hart. In de plannen van president Xi Jinping wordt die bijna vijf keer zo groot als Nederland en zullen er 130 miljoen mensen wonen.
Ook Chinese leiders haten oorlogen die zij niet kunnen winnen. Een van die hopeloze 'oorlogen' is de trek van de bevolking van het platteland naar de stad. Als China een platte schijf was waarin alleen het gewicht van mensen telt, zou die al lang zijn omgekiept.
De lange kuststrook, van Tianjin in het noorden tot Hongkong in het zuiden, raakt overbevolkt. Het achterland loopt leeg. Meer dan de helft van alle Chinezen woont al in de stad.
De volksverhuizing zorgt voor een enorme druk op dit 'China aan zee'. Het ene na het andere woonblok wordt uit de grond gestampt. Overal verrijzen 'mensenpakhuizen', in wijken met een gebrekkige infrastructuur en nauwelijks voorzieningen.
Arbeidsplaatsen
Neem Tongzhou, een satellietstad van Peking. Er zijn nauwelijks goede ziekenhuizen, scholen, theaters. Of bedrijven met arbeidsplaatsen. Acht van de tien mensen met een baan werkt elders.
Of neem Yanjiao. Een busrit naar Peking, zo'n 30 kilometer, duurt 3 uur. Op voorwaarde dat je snel een plekje hebt. De bussen kunnen het aantal passagiers niet verwerken. Volwassenen met gepensioneerde ouders zijn in het voordeel.
Elke ochtend staan de ouders al voor dag en dauw in lange rijen. Een uur later nemen hun kinderen hun plek in om op tijd de bus te kunnen nemen. ,,Dit is een van de weinige dingen die ik voor mijn zoon kan doen'', zegt een van hen, Liu Desheng. ,,Elke dag komt hij doodmoe thuis. Met mijn hulp kan hij iets langer rust nemen.''
Balans
Door de ongebreidelde groei is de balans zoek, concludeert ook president en partijleider Xi Jinping. Als er steeds meer mensen naar de stad blijven trekken, kan dat het best worden opgevangen met gestructureerde groei.
Met een beleid dat acute problemen aanpakt als milieuvervuiling, watertekort en gebrekkige voorzieningen. Zijn paradepaardje heet: Jing-Jin-Ji. Jing staat voor Peking, Jin voor de havenstad Tianjin en Ji voor de provincie Hebei waaraan de hoofdstad grenst.
Het gebied, bijna vijf keer zo groot als Nederland, moet een herschikte superstad worden, een boegbeeld van duurzame groei in een verstedelijkt China. Binnen 5 jaar moeten in Jing-Jin-Ji liefst 130 miljoen mensen een aangenaam leven kunnen leiden.
Met adequaat openbaar vervoer, waaronder een hogesnelheidslijn tussen Peking en Tianjin die de reistijd van 3 uur terugbrengt tot 37 minuten. Met goed verdeelde industrie, winkel- en uitgaanscentra, onderwijsinstellingen en gezondheidszorg.
Superregio
Naar goed Chinees gebruik mag de operatie ook wat kosten. De eerste begroting bedraagt omgerekend 860 miljard euro.
Met Jing-Jin-Ji maakt Xi Jinping ook een inhaalslag. Het machtscentrum Peking dreigt achterop te raken bij de twee al bestaande economische groeiregio's in China: de megaregio's rond Sjanghai (de delta van de Yangtze, de Blauwe Rivier) en Guangzhou (de delta van de Parelrivier).
De superregio met Guangzhou was het paradepaardje van Deng Xiaoping, de leider die China uit zijn isolement haalde. De regio rond Sjanghai was het troetelkind van partijleider Jiang Zemin.
Enorm project
De kloof tussen Peking en de twee concurrerende megasteden wordt te groot. Met een kwart van de bevolking zijn de regio's Sjanghai en Guangzhou nu volgens de laatste cijfers goed voor de helft van het Bruto Nationaal Produkt van China, en 77 procent van de export.
,,De bouw van de superstad Jing-Jin-Ji is een enorm project en vraagt het uiterste van de overheid. Dit gaat om veel meer dan de aanleg van wegen en spoorlijnen'', zegt de historicus Wang Jun, een expert in de stedelijke ontwikkeling van Peking. Voor een duurzame superstad komen alle aspecten aan bod. Van economie, techniek tot wetenschap en cultuur.
Ma Teng (29) uit Tongzhou kan er niet op wachten. ,,De omgeving hier is nog net zo rampzalig als toen ik mijn flat kocht, in 2007. Ik woon hier, maar het is geen leven.''