Niets geleerd van Fortuyn: 'Ons politieke bestel is helemaal kapot'
Rob de Lange Jean Dohmen 08:00
Twintig jaar na de moord op Pim Fortuyn is de samenleving nog altijd niet tot rust gekomen. De kloof tussen burger en politiek is groter dan ooit. 'Geen van de partijen weet het onbehagen en de verdeeldheid te overbruggen.'
Wat heeft de politiek geleerd van de opkomst van Pim Fortuyn, die werd afgebroken toen hij vermoord werd in 2002? Foto: Nico Garstman/ANP
Steven van Eijck leidde een paar jaar geleden voor een zaal studenten een klimaatdebat tussen Thierry Baudet en hoogleraar Jan Rotmans. Na afloop mochten de studenten bepalen wie het beste verhaal had. Twee jaar later klinkt de oud-staatssecretaris van de Lijst Pim Fortuyn nog beduusd. 'Rotmans zette een flitsend, feitelijk betoog neer. Thierry begon over de Middeleeuwen en haalde Napoleon erbij. Maar de helft van de zaal riep Thierry uit tot winnaar.' Hij herhaalt hij het nog maar een keer: 'De helft!'
Precies twintig jaar geleden zette Pim Fortuyn de politieke verhoudingen volledig op zijn kop. Met zijn kritiek op de massamigratie en op het beleid van de paarse kabinetten, dat economisch weliswaar succesvol was maar óók tot lange wachtlijsten in de zorg leidde, schoot hij omhoog in de peilingen. Aanvankelijk als lijsttrekker van Leefbaar Nederland, en na de breuk met die partij aan het hoofd van de Lijst Pim Fortuyn. Een linkse activist schoot hem op 6 mei 2002 dood.
Het FD sprak met ooggetuigen van zijn opkomst. Centraal stond de vraag: wat hebben we geleerd van de gebeurtenissen in 2002?
'Ik ben redelijk somber', zegt Hans Hoogervorst, minister van Financiën in het na de moord tot stand gekomen kabinet Balkenende-I met CDA, LPF en VVD. 'Neem de problemen rond immigratie. Wat is daar in die jaren echt veranderd? Ik denk dat veel mensen daar zeer ongerust over zijn.'
Malloten in de LPF
Of de politiek lessen getrokken heeft uit de kiezersrevolte in 2002? Het korte antwoord van Henk Westbroek is: 'Nee.' Westbroek stond aan de wieg van Leefbaar Nederland. 'Ik zag hem zitten bij de opname van een tv-spelletje en vroeg hem terloops of-ie zich niet bij ons wilde aansluiten. Zegt-ie: “Hoeveel betaalt dat? Ik verdien nu 6 ton per jaar.” Later bij de LPF vroeg hij of ik zijn rechterhand wilde worden, maar daar heb ik voor bedankt. Er zaten al zoveel malloten bij.'
'De rust is niet weergekeerd, en ik geloof ook niet dat rust snel zal wederkeren', denkt Aart-Jan de Geus, minister van Sociale Zaken in het kabinet-Balkenende I. 'Dat is niet typisch Nederlands. Je ziet het in alle westerse landen. Democratie staat onder druk. De geweldige explosie aan informatie, onder meer via sociale media, en de erosie van instituties hebben het voor de politiek niet gemakkelijker gemaakt.'
Het succes van Baudet bij de studenten illustreert volgens Van Eijck dat de onrust springlevend is. Toen was het Baudet, straks weer een ander. Het vertrouwen in de politiek is kleiner dan ooit, de versnippering neemt toe. Vóór Fortuyn telde de Tweede Kamer negen fracties, nu negentien. De grote vier — CDA, PvdA, VVD, D66 — haalden vóór Fortuyn 116 zetels, nu 82. Het wordt moeilijker om coalities te vormen. Deze formatie was de langste uit de geschiedenis.
De verweesde samenleving
Een van de goede voornemens na Fortuyns dood was: beter luisteren naar de burger. Van Eijck: 'Het kabinet-Balkenende I kreeg een aparte minister voor migratie. Zonder Fortuyn was dat nooit gebeurd. Zelf wilde ik de burger centraal stellen in het beleid.' Het verwaterde snel. Van Eijck: 'Toen de LPF uit de Kamer verdween, ging men over tot de orde van de dag. We hebben net de toeslagenaffaire achter de rug, dus met het centraal stellen van de burger gaat het ook niet zo goed.'
De onvrede was al decennia voor Fortuyn zichtbaar, zegt de Rotterdamse hoogleraar sociologie Godfried Engbersen. Althans: voor wie het wilde zien. 'Ik heb het me altijd aangerekend dat ik het zelf onvoldoende zag aankomen. Ik liep in de jaren tachtig door de arme wijken van Rotterdam, interviewde mensen. Toen ik die interviews later herlas, zag je de geboorte van Fortuyn zich voltrekken.'
Burgers voelden zich volgens Engbersen in de snel veranderende maatschappij aan hun lot overgelaten. 'Daar zit al dat element van de verweesde samenleving in, dat Fortuyn later benoemde. Partijen hadden er geen antwoord op. Je had in die tijd Hans Janmaat van de Centrumpartij, maar die had niet het charisma van Fortuyn, die wonderlijke dandy', aldus Engbersen.
Wat er veranderde? Engbersen: 'Er kwam een eind aan de verzuiling, we namen afscheid van de doorgeschoten verzorgingsstaat die mensen van wieg tot graf verzorgde; de multiculturele samenleving kreeg vorm. In plaats van een kerk kwam er een moskee. Die processen sloegen de ankers weg. Het gaf een sterk gevoel van verlies, dat tot op de dag van vandaag is gebleven, en misschien nu nog wel sterker.'
Volgens Hoogervorst is er in die tijd ook een steeds scherpere tweedeling ontstaan tussen lager- en hogeropgeleiden. 'Toen ik opgroeide, was er een dunne bovenlaag en een grote massa, die bij elkaar woonde in eenvoudige wijken.' Hogeropgeleiden vertrokken, hun kinderen gingen naar andere scholen. De achterblijvers in de oude wijken werden geconfronteerd met de komst van migranten.
Hij concludeert: 'De mensen aan de onderkant voelen zich door de politiek in de steek gelaten. Dat verklaart veel van de huidige woede. Mensen geloven niet meer in de elite. Die heeft het bij voorbaat fout. Dat is een diep maatschappelijk proces, en ik zie niet hoe dat snel omkeerbaar is.'
De verkiezingsposter van Leefbaar Rotterdam, voor de gemeenteraadsverkiezingen op 16 maart 2022, leunt nog op de oude leider. Foto: Peter Hilz/ANP