Gaat de elektrische auto ooit doorbreken?
Auto’s met een stekker beginnen een bekend fenomeen te worden in het straatbeeld. Laadpalen worden in hoog tempo overal neergezet. Gaat de elektrische auto dit jaar definitief doorbreken?
Door Olof van Joolen en Robert Servaas
Wie een dagje in Amsterdam rondloopt, ontkomt niet aan het idee: de Tesla model S is één van de populairste auto’s van ons land. Vrijwel permanent zoeven de sedans die nog het meest weg hebben van een geslaagde kruising tussen een Lexus en een Jaguar voorbij. Met achter het stuur een tevreden kijkende manager of een taxichauffeur.
Er staan inmiddels 2300 stuks van de Tesla op kenteken in Nederland. Volgens de Dienst Wegverkeer RDW is krap tien procent daarvan taxi’s. Het leeuwendeel van deze volledig elektrische Amerikanen rijdt volgens de statistieken rond in de Randstad en in de regio Eindhoven.
Zelden is de komst van een nieuwe auto met zoveel spanning gevolgd. De model S is een soort iAuto. Een Apple op wielen. Met dank aan oprichter/directeur Elon Musk die net als Steve Jobs de wereld wil veranderen. In dit geval door een elektrische auto te bouwen met een bruikbare actieradius. Meer dan de grofweg honderd kilometer die nu de standaard is.
Gelovers
Musk is hierin geslaagd, want model S haalt zelfs in de voor accu’s onvriendelijke winter driehonderd kilometer op één lading. „Een echte gamechanger”, juichten de gelovers in de elektrische revolutie. Toch zet zelfs één van de meest prominente promotors van elektrisch rijden in ons land daar kanttekeningen bij.
„De Tesla is een geweldige auto. Ik rijd er zelf ook met heel veel plezier in. Maar met zijn prijs van ruim een ton is het niet de auto die voor de grote doorbraak gaat zorgen”, zegt professor Maarten Steinbuch van de Technische Universiteit Eindhoven.
De verkoopcijfers onderschrijven dit. Na de Tesla wordt het in de verkoopcijfers erg stil rond volledig elektrische auto’s. Met de Renault Zoe waarvan Steinbuch voor introductie ook hoge verwachtingen had, BMW i3 en de elektrische Smart zetten importeurs aantallen af die nog nauwelijks de dubbele cijfers halen. Van de eerdere marktleider Nissan Leaf verdwenen in november zelfs veertig van de weg.
Reden: de tweedehands markt is ook in het buitenland erg gewild en daarom worden ze geëxporteerd. Vooral naar Noorwegen waar de overheid dankzij de aanwezigheid van met waterkrachtcentrales opgewekte groene stroom een buitengewoon breed stimuleringsbeleid voor elektrisch vervoer kan voeren.
Financieel nog niet echt aantrekkelijk
Wat ook niet helpt, is dat nieuwe elektrische auto’s voor particulieren financieel nog nauwelijks aantrekkelijk zijn. Maarten Steinbuch maakte een rekenvoorbeeld op basis van de Nissan Leaf en een simpele VW Golf. De actieradius even buiten beschouwing gelaten. Volgens zijn calculatie kost de Leaf uitgaande van 15.000 kilometer per jaar 108 euro meer dan de Golf. Reden: de Nissan is met een catalogusprijs van 35 mille zo’n 14.000 euro duurder en heeft veel hogere afschrijvingskosten.
Het fiscale voordeel van geen wegenbelasting hoeven te betalen – waarmee de overheid het gebruik van elektrische auto’s wil stimuleren – compenseert dit niet. Zelfs wanneer je het energieverbruik meetelt, blijft de som negatief voor de Nissan. Maar mik je de Leaf als twee jaar oude occasion in de Excel-sheet autokosten, dan komt hij er wel goedkoper uit als de Golf. Zo’n 150 euro per maand om precies te zijn uitgaande van 15.000 kilometer per jaar.
Accu's verouderen
Tegelijkertijd moet je als occasionkoper wel beseffen dat een gebruikte elektrische auto een nog beperktere actieradius heeft omdat de batterijcapaciteit minder wordt naarmate de accu’s verouderen. Denk dan aan maximaal tachtig kilometer tussen laadsessies, voor een auto met 100.000 km op de teller. Om het kostenvoordeel te kunnen pakken, moet je kiezen voor thuis laden en liefst ’s nachts op nachttarief. Dat duurt weliswaar een uur of zes, maar alleen dan kost een kilometer vier cent aan energie terwijl je bijna het driedubbele kwijt bent aan benzine.
Wie onderweg bij een snellader wil ’bijtanken’, is bijna 70 cent per kWh kwijt, dat is 15 cent per kilometer. Dik 3,5 keer zoveel dus. Volgens de snelst groeiende exploitant van snellaadpalen Fastned komt dat onder andere doordat je sneller weer een volle accu krijgt en dus weer kan doorrijden.
Wekelijks opent Fastned een nieuw laadstation langs een snelweg. Naar verwachting zijn er komend voorjaar dertig van zulke locaties waar meerdere elektrische auto’s tegelijk binnen een halfuur een volle accu kunnen halen. Daarmee moet het bedrijf landelijke dekking hebben. Uiteindelijk wil de aanbieder een laadplek op elk van de 241 verzorgingsplaatsen.
Voor 201 plekken heeft Fastned nu een exclusief concessierecht. Het bedrijf bevocht dit tot het gerechtshof aan toe. De traditionele energieleveranciers zoals Shell, Esso en Texaco staan vooralsnog buiten spel. De groei van het aantal laadpalen verloopt stormachtig. Afgelopen jaar kwamen er dik tweeduizend publieke exemplaren bij.
Het prijsverschil tussen elektrisch en benzine/diesel wordt naar verwachting komend jaar eerder groter dan kleiner. Met dank aan de lage benzineprijs. Bovendien maakt de overheid een terugtrekkende beweging wat betreft de stimulerende maatregelen. Zo betalen zakelijke rijders voor het eerst bijtelling.
Bijtelling
Die is dit nieuwe jaar wel nog aangenaam laag met slechts 4 procent. Daardoor rijd je voor nog geen 190 euro per maand in een Tesla van de baas. Een schijntje vergeleken met wat je zou moeten betalen voor een vergelijkbare Audi A6 of Mercedes E-klasse. Ook in 2016 blijft de bijtelling vier procent maar moet ook voor een elektrische auto weer gewoon motorrijtuigenbelasting worden betaald.
De nu vooral onder leaserijders populaire hybrides – auto’s met zowel een elektrische als benzinemotor – vallen dan zelfs in de nieuwe categorie van vijftien procent bijtelling. Vriend en vijand zijn het erover eens dat de hybrideverkopen daar ernstig onder zullen gaan lijden.
„Je moet realistisch zijn. Tot 2018 blijft het met volledig elektrisch rijden gewoon aanmodderen”, besluit professor Maarten Steinbuch. „Dan brengt Tesla een auto op de markt van 30.000 euro die een actieradius van 230 kilometer heeft. Dat zal de elektrische auto pas echt een bruikbaar alternatief maken voor een grote groep mensen.”
Bron: Telegraaf