AEX piekt in 2019
(ABM FN-Dow Jones) Voor de AEX was 2019 een onverwacht positief jaar, waarin de Amsterdamse hoofdgraadmeter krap 24 procent wist te stijgen tot 604,58 punten.
Dat bleek een verrassing, volgens analist Corne van Zeijl van Actiam. De experts die maandelijks deelnemen aan de enquête van Actiam hadden voor 2019 gemiddeld een stijging verwacht voor de AEX van 488 naar 501 punten, een plus van krap 3 procent.
Het Damrak startte het jaar ook terughoudend, met de AEX zo rond de 486 punten, om vervolgens verder te stijgen in de loop van het jaar. In de laatste maanden van 2019 wist de hoofdindex door te stoten tot boven de 600 punten en daarmee het hoogste punt in 18 jaar.
Ook elders deden beurzen het goed. De Duitse DAX steeg ruim 25 procent tot 13.249,01 punten en op Wall Street werden dit jaar voortdurend records gebroken door de drie grote indexen.
Of 2020 net zo positief wordt, daar zijn de meningen over verdeeld. Vermogensbeheerder Cees Smit van Today's Groep verbaast zich erover dat het optimisme dat momenteel heerst ook komend jaar wordt verwacht, zei hij tegen ABM Financial News. Smit verwacht in 2020 meer volatiliteit en houdt rekening met lagere aandelenmarkten.
Beleggingsspecialist Justin Blekemolen van Lynx voorspelt dat de AEX richting de 700 punten kan in 2020 en ook analist Corne van Zeijl van Actiam denkt dat de beurzen nog wel wat verder omhoog kunnen. De grootste stijging is echter wel achter de rug, waarschuwt Van Zeijl.
Han Vermeulen van Aberfeld Asset Management verwacht voor 2020 niet direct weer een jaar van 25 à 30 procent koersstijging "maar een normaal beursjaar met een stijging van 10 à 12 procent achten we wel mogelijk."
Na lang getouwtrek toch gedeeltelijk handelsakkoord VS en China
De bewegingen op de aandelenmarkten werden afgelopen jaar vrijwel voortdurend veroorzaakt door de handelsoorlog tussen de Verenigde Staten en China, al was het alleen maar vanwege de uitspraken die de Amerikaanse president Donald Trump deed, waardoor de markten hard stegen of daalden, afhankelijk van zijn boodschap. Sowieso was Twitter ook in 2019 een geliefd communicatieplatform voor de Amerikaanse president, waarbij hij ook klaagde over de Fed, de sterke dollar versus de euro, de NAVO en zijn politieke tegenstanders.
Diverse malen waren Beijing en Washington dicht bij een handelsverdrag, maar steeds ketste de boel toch weer af. Zelfs eind 2019 ligt er nog geen bekrachtigd akkoord, hoewel een Fase 1 deal wel is afgesproken. Volgens de laatste berichten zullen in de eerste week van het nieuwe jaar Trump en de Chinese leider Xi Jinping hun handtekening zetten om dit gedeeltelijke handelsverdrag definitief te maken.
Op dat moment zullen bestaande importheffingen deels worden teruggedraaid. De zorgen over de impact op de wereldeconomie nemen daardoor af.
Brexit na premierswissel en verkiezingen
Er waren een premierswissel en verkiezingen voor nodig, maar het Verenigd Koninkrijk zal na drieënhalf jaar, op 31 januari 2020 de Europese Unie waarschijnlijk dan toch verlaten.
2019 moest het jaar worden waarin toen nog premier Theresa May haar Brexit-akkoord door het Britse parlement zou loodsen omdat de Britten de EU oorspronkelijk eind maart 2019 zouden verlaten. Een belangrijk twistpunt bleef echter de zogeheten backstop: het voorkomen van een harde grens tussen Noord-Ierland en Ierland.
Omdat May er niet in slaagde parlementaire goedkeuring te krijgen voor haar Brexit-akkoord, maakte ze uiteindelijk plaats voor een nieuwe premier: Boris Johnson, de voormalig burgemeester van Londen. Ook Johnson was aanvankelijk niet succesvol in het krijgen van goedkeuring van zijn eigen, heronderhandelde, deal en dus moesten er parlementsverkiezingen aan te pas komen om iets te forceren.
Twee weken voor Kerst wist Johnson tijdens die verkiezingen een ruime meerderheid te halen met zijn Conservatieve Partij, en daarmee ook de benodigde zetels om zijn Brexit-deal toch door het Lagerhuis te krijgen. Parlementaire goedkeuring vindt in januari plaats, maar kort voor de feestdagen kreeg Johnson tijdens een stemming in het Lagerhuis al voldoende steun voor zijn plan.
Centrale banken verlagen rente
Brexit en de Amerikaans-Chinese handelsperikelen zorgden in 2019 voor economische tegenwind en dus werden grote centrale banken als de Amerikaanse Federal Reserve en de Europese Centrale Bank gedwongen om in te grijpen met lagere rentes.
Dat was eigenlijk niet volgens plan, want de Fed was juist weer bezig met het verhogen van de rente. Toch besloot het beleidscomité FOMC tot driemaal toe dit jaar, tussen juli en september, om zijn belangrijkste rente, de federal funds rate, te verlagen, tot het huidige niveau van tussen de 1,50 en 1,75 procent.
Dat waren zogeheten 'insurance cuts'; renteverlagingen die de robuuste Amerikaanse economie op koers moesten houden.
De ECB hield de boot dit jaar lang af; pas in september trok toen nog voorzitter Mario Draghi zijn bazooka uit de kast met een verlaging van de depositorente naar 0,50 procent negatief en een nieuw obligatie-opkoopprogramma ter waarde van 20 miljard euro per maand. Dit om de inflatie en groei in de eurozone aan te jagen. Met name de motor van die economie, Duitsland, toonde dit jaar vaak haperingen en een vorm van stimulering was dus hard nodig.
Maar Draghi, en recent zijn opvolger Christine Lagarde, waarschuwden ook: de ECB is niet onbeperkt in zijn mogelijkheden om groei te bewerkstelligen. Daarvoor zullen ook overheden hun steentje moeten bijdragen in de vorm van meer investeringen. En met landen als Duitsland en ook Nederland waar de begroting een overschot kent, zou dit ook mogelijk moeten zijn.
"Als de recessie zich wel ergens in de komende tien jaar aandient, lijken zowel de Fed als de ECB en andere belangrijke centrale banken onvoldoende bewegingsruimte te hebben om de beleidsrente te laten zakken om groei en inflatie nieuw leven in te blazen", waarschuwen economen van UBS.
En dus moeten overheden ingrijpen. "Regeringen zullen voor de beslissing komen te staan: economische stagnatie aanvaarden of geld uitgeven", schetste UBS.
Richting het eind van 2019 groeide de Amerikaanse economie in een stabiel tempo en leek ook in de eurozone sprake van een lichte verbetering. In Zweden werd de belangrijkste rente, die negatief was, zelfs verhoogd door de Riksbank. En dus vragen marktkenners zich af of het nu gedaan is met negatieve rentestanden en verdere verlagingen. De eerste maanden van 2020 lijken de Fed en ECB in elk geval hun kruit droog te gaan houden.
Euro daalt licht, pond stijgt
De euro begon het jaar boven de 1,14 dollar en het Britse pond rond 1,27 dollar. De munten eindigen op respectievelijk 1,1235 en 1,3210 dollar.
Het Britse pond bewoog in 2019 vaak door de ontwikkelingen rond Brexit en steeg in december flink na de parlementsverkiezingen die werden gewonnen door Johnson. Voor de euro waren er dit jaar geen gigantische schommelingen. Vaak was het de ECB die de munt in beweging zette maar de bandbreedte bleef vrij beperkt.
OPEC grijpt weer in op oliemarkten en Aramco naar de beurs
De olieprijs begon 2019 rond 48,00 dollar en eindigt die rond 61 dollar.
Een belangrijke gebeurtenis waren de drone-aanvallen op oliefaciliteiten van Saudi Aramco. Dit zorgde voor een flinke stijging van de olieprijs vanwege de verwachte productie-uitval. Uiteindelijk werd de schade sneller hersteld dan verwacht.