Zowel de onthoofding van de Amerikaanse journalist James Foley als het neerschieten van de MH17 zullen in het licht van de wereldgeschiedenis incidenten zijn. Maar nu zijn het even ook symbolen van de radicale verwerping van alles wat we beschaafd en humaan achten. Dat klinkt fraai, en ook wel een beetje hol, maar het kat-en-muisspel dat zowel Poetin als IS met het westen spelen, bestaat juist uit het doelbewust tarten onze noties van wat verstandig en beschaafd is. Steeds een beetje verder, steeds een beetje brutaler, steeds een beetje harder. Er wordt een spel gespeeld dat geen regels lijkt te hebben.
Het zijn provocaties. Hoe kunnen we ons niet laten provoceren? Twee historische schrikbeelden bepalen het debat, vooral wat de Russische agressie betreft. Het eerste is het slaapwandelaars-scenario, à la 1914: als je retoriek met retoriek beantwoordt, je laat opnaaien door grote woorden, help je mee een wereldbrand te veroorzaken. Het tweede scenario komt uit 1938 – het appeasement-scenario, juist het angstig goedpraten en toegeven aan nietsontziendheid en politiek en radicalisme veroorzaakt de grootse rampen. Je mag zelf kiezen.
Het nieuwe toverwoord is deëscalatie. We zullen zien. Maar wie gelooft dat de bedwelmende ideologische krachten die zich deze zomer zo brutaal aan de wereld presenteerden, zich laten temmen aan de conferentietafel of door een anti-radicaliseringsprotocol, is niet nuchter, maar naïef. Er is reden genoeg voor angst.
Uit columm nrc bas heijne